Twee Amerikaanse juristen schrijven een biografie over Vincent van Gogh. Het klinkt als het begin van een grap, maar het resultaat is een serieuze tour de force. Een van de auteurs, Steven Naifeh, vertelt over de totstandkoming van het vuistdikke boek – nu al een bestseller – en de stof die het deed opwaaien.
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Als Steven Naifeh nu naar De sterrennacht van Vincent van Gogh kijkt, heeft hij het idee dat hij de mens achter het schilderij kent. Het kostte hem tien jaar onderzoek, meer dan zesduizend pagina’s aan research en dagelijkse bijpraatsessies met coauteur Gregory White Smith. Het was het waard. ,,Nu beleef ik zijn schilderijen op een veel intensere manier.”
Terwijl de Amerikaanse topbiografen in de jaren tachtig bezig waren met hun standaardwerk over de Amerikaanse kunstenaar Jackson Pollock – het leverde het duo de prestigieuze Pulitzer Prize op – mijmerden ze over welke kunstenaar ook zo’n krachtsinspanning verdiende. ,,Van Gogh was de eerste die bij ons opkwam.” Naifeh is de eerste die erkent dat de keus voor de schilder uit het Brabantse Zundert een vreemde was. ,,We spreken immers geen woord Nederlands, terwijl een groot deel van ons onderzoek draait om het bestuderen van documenten.”
,,Over een tweederangs schilder kun je geen duizend pagina’s volschrijven, dus we zochten een groot kunstenaar met een gecompliceerd leven; een leven dat belangrijk was voor zijn werk. Alles wat Van Gogh schilderde – of het nu een vaas met bloemen was, een kamer of een korenveld – was op een bepaalde manier een zelfportret. En hoewel je een bibliotheek zou kunnen vullen met de boeken die over Van Gogh geschreven zijn, waren we verbaasd toen we ontdekten dat er nog geen complete biografie was.”
Naifeh en Smith namen in eerste instantie elf vertalers aan, een groep die zou groeien tot twintig. Geld was geen bezwaar. Sinds Naifeh en Smith elkaar tijdens hun rechtenstudie aan de universiteit van Harvard leerden kennen, gingen ze een partnerschap aan. Die leidde niet alleen tot het schrijven van bestsellers, maar ook tot een goedlopend bedrijf dat een ranglijst van beste advocaten in de Verenigde Staten publiceert.
Smith bestudeerde anderhalf jaar lang, tien uur per dag, de vertaalde briefwisselingen tussen Van Gogh en zijn familie. ,,Af en toe werd hij gek van het gezeur van Van Gogh die zijn broer Theo almaar vroeg om meer geld”, weet Naifeh.
Zijn coauteur had de publicatie van de biografie bijna niet meegemaakt. Eind jaren tachtig werd bij hem een hersentumor geconstateerd die recent weer de kop opstak. ,,Hij heeft net zijn tiende hersenoperatie achter de rug. Toen de Amerikaanse zender CBS opnames maakte in Frankrijk voor een uitzending over ons boek, lag hij bijna dood te gaan aan een hersenbloeding. Maar inmiddels gaat het beter.”
Om Smith te ontlasten staat Naifeh, ook kunsthistoricus, nu bijna fulltime de media te woord en spreekt hij in zinnen waar geen einde aan lijkt te komen. ,,Ik zat maandagnacht tot 2 uur in mijn huis hier in Aiken, South Carolina te bellen met journalisten in Australië. Daarvoor had ik al verslaggevers uit Finland, Zweden, Engeland en Frankrijk aan de lijn. Dat dit wereldwijd zoveel teweeg brengt, is veelzeggend. Ik durf de stelling aan dat Van Gogh een belangrijker cultureel icoon is dan William Shakespeare of Johann Sebastian Bach.”
Irritatie is er ook, over de uitvergroting van één aspect uit de biografie: hun visie op de dood van Van Gogh. Hij heeft volgens de Amerikanen geen zelfmoord gepleegd, maar is neergeschoten door tieners in het Franse Auvers. ,,Dát krijgt alle aandacht en met name in de Amerikaanse pers gaat onze zorgvuldig aangebrachte nuance verloren. Als het onze bedoeling was geweest om net als Dan Brown een soort De Da Vinci Code (een boek waarin een mysterie wordt ontrafeld met behulp van feiten en fictie, hk) te schrijven, hadden we er geen tien jaar van ons leven ingestoken. Omdat we dit wel een beetje hadden verwacht; hebben we zelfs overwogen om het niet op te schrijven. Maar de dood is zo’n belangrijk deel uit het leven van Van Gogh dat we het onmogelijk konden schrappen.”
Dat het Van Gogh Museum in Amsterdam hun conclusies niet omarmde, noemt Naifeh logisch. ,,Het Van Gogh Museum is een instituut, het is logisch dat zij voorzichtig zijn in hun uitspraken en het eerst nader willen bestuderen. Zowel Greg als ik zijn van huis uit advocaat, dus we hebben er met een juridische blik naar gekeken. Aan de hand van het bewijs zijn wij er van overtuigd dat het zo gegaan is. Maar zeker weten doen we het niet.”
Naifeh denkt dat deze lezing over de dood van Van Gogh de mythe rond de schilder niet verstoort. ,,Hij probeerde de twee jongens die hem waarschijnlijk per ongeluk – het was beslist geen moord – hebben neergeschoten, te beschermen door te doen alsof het een poging tot zelfmoord was. En hij verwelkomde de dood, want hij wilde zijn broer Theo niet langer tot last zijn. Wij vinden dat een nobele en ontroerende gedachte.”