(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Zal het er nu eindelijk van komen? Wordt het wapenbezit in de Verenigde Staten in de toekomst ingeperkt? De speech van president Barack Obama, zondagavond tijdens een interreligieuze gebedsdienst voor de twintig kinderen en zes volwassenen die vrijdag de dood vonden bij een schietpartij op een basisschool in Newtown, wees wel in die richting.
,,Dit is de vierde keer dat we samenkomen om een rouwende gemeenschap die werd verscheurd door een schietpartij te troosten sinds ik president ben. We kunnen dat niet langer toestaan”, sprak Obama in een indrukwekkende speech, die door zijn biograaf DavidMaranissop twitter al ‘Obama’s Gettysburg Address’ werd genoemd, naar de historische toespraak van president Abraham Lincoln in 1863.
Voor Obama was vrijdag de moeilijkste dag uit zijn presidentschap, zo vertrouwde hij gouverneur Dan Malloy van de staat Connecticut toe. De president, die in zijn toespraak vaak de Bijbel aanhaalde, zei de afgelopen dagen te hebben ‘gereflecteerd’ over of het land genoeg doet om diens kinderen te beschermen. ,,Als we eerlijk tegen onszelf zijn, dan is het antwoord nee.” Hij beloofde er in de komende weken alles aan te doen om het debat aan te gaan, om deze tragedies te stoppen. ,,We hebben geen keus. We moeten wel. Dit mag geen routine worden.”
Hoewel de president op geen enkel moment sprak over wapens of wapenbeperking, was de boodschap van zijn speech duidelijk. Zoals na iedere dodelijke schietpartij laait de discussie over wapenbeheersing weer op. Dit keer leken de stemmen – wellicht door de vele jonge slachtoffertjes die op hun foto’s met grote, onschuldige ogen de camera in keken – harder te klinken. Ook Obama drukte iedereen tijdens de herdenkingsdienst met de neus op de feiten, door in dertig seconden de voornamen van de twintig doodgeschoten kinderen op te lezen. Charlotte. Daniel. Olivia. Josephine. Ana. Dylan. Madeleine. Catherine. Chase. Jesse. James. Grace. Emilie. Jack. Noah. Caroline. Jessica. Benjamin. Avielle. Allison. Het gesnik in de zaal was hoorbaar.
In Amerika is het recht om wapens te dragen in de grondwet vastgelegd. De ‘Founding Fathers’, de stichters van de VS, wilden ermee zorgen dat de burgers van het net onafhankelijke land zich konden verdedigen tegen vijanden en onderdrukkers. Ook nu worden wapens gekocht voor zelfverdediging. In het land – met iets meer dan 300 miljoen inwoners – zijn zo’n 270 miljoen legaal verkregen vuurwapens in omloop. En een aantal conservatieven – de machtige wapenlobby NRA voorop – denkt dat meer wapens de oplossing is: als de schooldirectrice in Newtown een wapen had gehad, had ze schutter Adam Lanza kunnen stoppen, zo is hun redenering.
De discussie lijkt zich nu vooral te richten op de controle op psychische stoornissen vóór de aanschaf van wapens en op de semi-automatische aanvalsgeweren – het voorkeurswapen van de schutters in Newtown, de bioscoop in Aurora en het winkelcentrum in Portland vorige week. Dat wapen kan in een minuut tijd wel zestig kogels afvuren. Het geweer, verkrijgbaar in zwart, lichtbruin en camouflagekleur, is de ‘burgerversie’ van een wapen dat door troepen gebruikt wordt in Afghanistan. Zo ziet het er ook uit: alsof het thuis hoort in oorlogen, niet in huizen van gewone Amerikanen.
Obama sprak zondagavond mooie woorden. Nu is het wachten op daden. Ook na de schietpartij in Tucson, waarbij in januari 2011 zes doden vielen en congreslid Gabby Giffords in het hoofd werd geschoten, was er na de toespraak van de president bij een deel van de Amerikanen hoop op verandering. Er gebeurde niks.
Categorie archief: Analyses
HOMOHUWELIJK VS: BURGERS ZIJN ‘OM’, NU DE RECHTERS NOG
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Het wordt de laatste horde in de strijd voor gelijke burgerrechten genoemd: het legaliseren van het homohuwelijk. Dat is wellicht een stapje dichterbij nu het Amerikaanse Hooggerechtshof besloten heeft zich uit te spreken over twee wetten die het homohuwelijk óf expliciet verbieden óf getrouwde homostellen discrimineren.
2012 was al een goed jaar voor voorstanders van het homohuwelijk. President Barack Obama sprak zich uit vóór echtverbintenissen tussen homokoppels, opiniepeilingen lieten zien dat een meerderheid van de Amerikanen het homohuwelijk steunt en bij de verkiezingen van 6 november oordeelden inwoners in drie staten dat koppels van hetzelfde geslacht moeten kunnen trouwen.
Hoewel de negen leden van het Hooggerechtshof de twee zaken pas eind maart 2013 zullen behandelen en er naar verwachting pas eind juni een uitspraak zal komen, is de beslissing in de VS als groot nieuws onthaald. Of homo’s en lesbiennes mogen trouwen, was – en is – een zaak van de afzonderlijke staten. Een uitspraak van het hof kan daar mogelijk verandering in brengen.
Hoewel het homohuwelijk in negen van de vijftig staten en het hoofdstedelijke district DC is toegestaan, zorgt de Defense of Marriage Act uit 1996 ervoor dat deze huwelijken door de federale overheid niet worden erkend. Dat betekent dat overheidsregels zoals belastingvoordelen en uitkeringen waarvan getrouwde heterostellen profiteren niet gelden voor getrouwde homostellen.
Daarnaast hebben 31 staten een verbod op een huwelijk tussen personen van hetzelfde geslacht expliciet in hun grondwet laten vastleggen. Eén van die staten is Californië. Op 5 november 2008 namen inwoners een amendement aan om alleen het huwelijk tussen man en vrouw te erkennen. Voor die datum mochten homostellen wel trouwen; volgens het Californische Hooggerechtshof hadden zij daar een grondwettelijk recht op.
Deze twee zaken – de federale wet die het homohuwelijk niet erkent en het verbod in Californië – gaat het Amerikaanse Hooggerechtshof behandelen. Oordeelt het hof dat het tegen de grondwet is omhomokoppelsuitkeringen en belastingvoordelen te onthouden, en dat het verbod op het homohuwelijk in Californië ongrondwettelijk is, dan geldt dat niet alleen voor de staat aan de westkust, maar voor alle staten. In dat geval zou de deur naar legaliseren van het homohuwelijk in heel de VS open staan.
Die deur kan echter ook dicht blijven. Hoewel een meerderheid van de Amerikanen vóór het homohuwelijk is, zijn er ook veel (christelijke) Amerikanen die tegen legalisatie zijn en daar vurig campagne voor voeren. Wat hen betreft is het huwelijk voorbehouden aan man en vrouw. Conservatieve politici in Washington hebben zich eveneens uitgesproken tegen het homohuwelijk.
En dat Hof lijkt op het oog verdeeld: vijf rechters zijn conservatief, vier anderen meer progressief. De rechters hebben verschillende opties: hun uitspraak kan bevestigen dat het een zaak is en blijft van de afzonderlijke staten, maar zou ook kunnen oordelen dat Amerikanen volgens de grondwet het recht hebben om te trouwen en dat dit niet aan homostellen onthouden mag worden.
UITDAGING VS: VERDEELDHEID DOORBREKEN
— met kader —
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
CHICAGO (GPD) – President Barack Obama, nog maar net herkozen, zei het woensdagnacht tijdens zijn overwinningstoespraak echt: binnenkort wil hij om tafel met Mitt Romney. Met zijn net verslagen Republikeinse uitdager wil hij bespreken hoe ze samen het land vooruit kunnen helpen.
Het was vast symboolpolitiek, maar die uitgestoken hand zal nodig zijn om dat pad voorwaarts te bewandelen. De verkiezingen van dinsdag hebben – 6 miljard dollar aan campagnedollars ten spijt – aan de status quo niets veranderd: Obama blijft nog vier jaar president, de Republikeinen houden de meerderheid in het Huis van Afgevaardigden en de Democraten blijven de baas in de Senaat. Dat was de afgelopen jaren ook zo. Het diep verdeelde congres slaagde er niet in samen te werken en wetten aan te nemen. Tegemoet komen aan ‘de ander’ gebeurde niet, zelfs niet als het ging om niet-controversiële onderwerpen als een agrarische wet.
Daardoor lag het land stil terwijl economische problemen juist om daadkracht smeekten. De waardering van het congres daalde naar recorddiepten. Maar liefst 87 procent van de Amerikanen keurde het werk van de politici in hoofdstad Washington af.
Zal het de komende jaren beter worden? Voor het land zal het moeten – om te voorkomen dat het in het gevreesde ‘fiscale ravijn’ stort, moet er gesneden worden in de overheidsuitgaven – maar het zal niet makkelijk gaan. Anders dan in Nederland, waar Mark Rutte en Diederik Samsom tot elkaar veroordeeld zijn en wel moeten samenwerken, worden er in de Verenigde Staten geen coalities gesmeed.
Samenwerken wordt in de VS ook bemoeilijkt door de polarisatie in het land. Die verdeeldheid in het land is in 2012 groter dan ooit; dat bleek ook weer pijnlijk duidelijk uit de verkiezingsuitslagen. Obama won weliswaar in bijna alle cruciale ‘swing states’, waardoor hij relatief snel de minimaal benodigde 270 kiesmannen voor de winst bij elkaar had, maar de marges waren overal klein. Veel kleiner dan bij zijn historische overwinning van vier jaar geleden.
Terwijl Republikeinen al klagen dat ze president door die kleine marge geen mandaat heeft, is er wel een verschil ten opzichte van de afgelopen vier jaar: de door Republikeinse senator Mitch McConnell uitgesproken missie van zijn partij om te zorgen dat Obama slechts één termijn president is, is mislukt. Daarbij heeft houding in het congres voor beide partijen niet tot electoraal gewin geleid. Wellicht is het besef doorgesijpeld dat het de komende vier jaar anders moet.
Mogelijk zullen de woorden van Obama, maar ook die van Romney, een begin zijn van voorzichtige samenwerking. De speech waarin de Republikeinse presidentskandidaat – na lang dralen – zijn verlies erkende, leek ondanks de teleurstelling recht uit zijn hart te komen. ,,In een tijd van grote uitdagingen voor Amerika, bid ik dat de president succesvol zal zijn in het leiden van ons land.” Romney is er net als Obama van doordrongen dat dat succes afhankelijk is van de samenwerking in en met het congres.
KADER
Hoewel de president en de verhoudingen in het congres in 2013 hetzelfde blijven, is er ook verandering. De tussentijdse verkiezingen van 2010 betekenden winst voor rechts, de verkiezingen van 2012 zullen de boeken in gaan als winst voor links. Er werd afgerekend met de ultraconservatieve Tea Party, die bij de tussentijdse verkiezingen van 2010 nog een grote overwinning behaalde. Zo werd Tea Party-ster Allen West uit Florida weggestemd en wist Michele Bachmann, ook ooit nog presidentskandidaat, haar zetel in het Huis van Afgevaardigden maar net te behouden. Ze kreeg krap één procent meer stemmen dan haar uitdager. In Missouri verloor de rechtse Todd Akin – bekend van zijn opmerking dat vrouwen niet zwanger raken van verkrachting – van de zittende Democratische Claire McCaskill. De linkse opmars begon op ‘election night’ in Massachusetts met de winst van een senaatszetel door Elizabeth Warren. De Harvardprofessor en heldin van links, wordt al genoemd als presidentskandidaat voor 2016. In Wisconsin werd Tammy Baldwin als senator gekozen, ze is daarmee de eerste openlijke homoseksuele senator in de VS. Verder stemden Maine en Maryland vóór het homohuwelijk en de staten Colorado en Washington voor toestaan van recreatief gebruik van wiet. Die laatste maatregel is vooral symbolisch: voor de federale wet blijft marihuana illegaal.
IS SANDY DE ‘OCTOBER SURPRISE’?
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Na orkaan Katrina in 2005 stapte toenmalig president George W. Bush in het vliegtuig en liet zich over het rampgebied vliegen. Het kwam hem op veel kritiek te staan: de president kwam afstandelijk en gevoelloos over. Barack Obama heeft dat in zijn oren geknoopt: een fout kan hij zich met nog vijf dagen te gaan tot de verkiezingen niet veroorloven. Daarom bezocht de president de door Sandy ondergelopen gokstad Atlantic City in de staat New Jersey.
De orkaan die als ‘superstorm’ over het noordoosten van de Verenigde Staten raasde, heeft ook de verkiezingscampagnes ontwricht. Met de finish in zicht werden campagnes stilgelegd. Een symbolische maatregel, want er wordt geen campagnespot minder uitgezonden. Bovendien is ook een ramp een kans om een goede beurt te maken. Obama verschanste zich drie dagen in het Witte Huis, waar hij als een staatsman de rampenbestrijding coördineerde en op bezoek ging bij het Rode Kruis. Door simpelweg zijn werk als president te doen, deed misschien wel meer voor zijn herverkiezing dan op het campagnepad.
Romney veranderde zijn campagnestops in liefdadigheidsbijeenkomsten, waar hij troostende woorden sprak en voor de slachtoffers geld en ingeblikt voedsel, luiers en dekens inzamelde.
Politiek commentatoren vragen zich het al af: is Sandy de verwachte ‘October Surprise’, het politiek fenomeen van een gebeurtenis die in de aanloop naar de presidentsverkiezingen het nieuws beheerst en zo de uitslag kan beïnvloeden?
De presidentskandidaten zijn daarom voorzichtig; ze willen nu geen misstap maken. Maar Romney lijkt die in het verleden al te zijn begaan. In een debat tijdens de Republikeinse voorverkiezingen pleitte hij ervoor om het federale rampenbestrijdingsbureau FEMA op te doeken, terwijl die organisatie nu zijn meerwaarde laat zien door de hulp te coördineren in het rampgebied dat zich over meerdere staten uitstrekt.
Dan helpt het ook niet dat Republikeinse gouverneur en Romney-aanhanger Chris Christie (vaak genoemd als kandidaat voor 2016), Obama nu roemt voor zijn inzet en het voorkomen van bureaucratische rompslomp. De president drukte iedere lokale bestuurder die tegen problemen aanloopt op het hart dat zij hem persoonlijk in het Witte Huis kunnen bellen. Romney schildert Obama immers af als exponent van een grote, logge overheid.
Tegelijkertijd is er zorg over de verkiezingen. De schade in de aangedane gebieden is groot en het is de vraag of stembureaus wel op tijd hun stroomvoorziening aangesloten krijgen. Elektriciteit is nodig, want veel staten stemmen met computers. Lokale bestuurders hebben aangegeven dat de kieslokalen prioriteit hebben in de herstelwerkzaamheden. Het uitstellen van de verkiezingen gebeurde nooit eerder en is een ingewikkeld proces, want de verkiezingen moeten nu eenmaal op de eerste dinsdag in november worden gehouden. Dat lijkt dus geen optie. Daarom is de campagne weer gewoon hervat. Romney begon woensdag al, de president gaat vandaag weer op pad.
KADER:
Ondanks een goede voorbereiding en veel waarschuwingen, eiste de storm Sandy in de Verenigde Staten ten minste vijftig levens. Het waren mensen die hun hond op het verkeerde moment, op de verkeerde plek uitlieten en geplet werden door een omvallende boom. Ze stonden in een plas water waar een geknapte elektriciteitskabel in terecht kwam. Of ze bleven binnen, zoals lokale overheden hun burgers op het hart drukte, en hielpen hun gezin naar de droge zolder. Dat deed een politieagent, maar om onduidelijke redenen kwam hij zelf vast te zitten in de kelder van zijn huis in Staten Island. Daar verdronk hij.
OBAMA WINT SLOTDEBAT, MAAR ROMNEY SCOORT WEL
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
CHICAGO (GPD) – Een debat over buitenlandse beleid winnen van de zittende president is een moeilijke opgave, en het is MittRomneydan ook niet gelukt. Een zelfverzekerde Barack Obama won het debat, bleek uit peilingen achteraf. Maar de Republikeinse presidentskandidaat wist zich door een goede voorbereiding toch te presenteren als een geloofwaardige kandidaat-opperbevelhebber. Er daarmee was zijn opdracht geslaagd.
De eindstand van de drie presidentsdebatten is geëindigd in een 2-1-overwinning voor president Obama, maar de vraag is hoeveel dat waard is. Het dramatische eerste optreden van Obama, begin oktober, kreeg immers zó veel aandacht, en zette de peilingen op z’n kop, dat dat verlies misschien wel dubbel telt.
In het slotdebat tussen Barack Obama en Romney stond het buitenland op de agenda, een onderwerp dat in de campagne tot nu toe nauwelijks werd besproken. Op Lynn University in Boca Raton, in de belangrijke staat Florida, werd het een wat ongemakkelijk debat. Het legde bloot dat de kandidaten nauwelijks van elkaar verschillen als het om de aanpak van de buitenlandpolitiek gaat.
Romney had eerder de indruk gewekt als president harder te zullen optreden tegen Syrië, maar zei in het debat geen voorstander te zijn van militair ingrijpen in Syrië, of van een aanval op Iran. Hij leek zich bewust een gematigde toon aan te meten en afstand te nemen van zijn partijgenoot en voormalige president George W. Bush, wetende dat Amerikanen na de oorlogen in Irak en Afghanistan niet wéér militairen naar een ver buitenland willen sturen.
Na zijn slechte eerste optreden en zijn revanche in het tweede debat ging Obama dit keer wederom in de aanval. Hij viel Romney aan op enkele recente uitspraken. Zo veegde hij de vloer aan met Romney’s stelling dat Rusland ‘het grootste geopolitieke gevaar’ is voor de VS. ,,De Koude Oorlog is al twintig jaar voorbij hoor”, sneerde Obama.
Romney stelde dat Obama het aanzien van Amerika in de wereld niet heeft verbeterd. Hij viel hem aan op het feit dat hij als president een reis maakte door het Midden-Oosten, maar niet op bezoek ging bij de trouwste Amerikaanse bondgenoot daar, Israël.
Obama sloeg terug: toen hij als presidentskandidaat naar Israël reisde, bezocht hij het Holocaustmuseum Yad Vashem. ,,Ik nam geen geldschieters mee en ging niet om geld in te zamelen.”
Romney probeerde het debat op dat soort voor hem moeilijke momenten telkens richting de binnenlandse politiek te draaien. Daarbij benadrukte hij dat zijn verleden als gouverneur van Massachusetts aantoont dat hij met beide partijen samen kan werken (Obama slaagt er maar niet in om in het Congres compromissen te sluiten met Republikeinen) en dat Obama zijn belofte van een lagere werkloosheid (hij beloofde 5,4 procent, het is 7,8 procent) niet heeft waargemaakt. Slim, want die onderwerpen vinden de twijfelende kiezers in staten als Iowa, Ohio en Florida veel belangrijker dan het buitenland.
TWEEDE DEBAT: GEVECHT WAAR OBAMA RAAKSTE KLAPPEN UITDEELT
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
HEMPSTEAD (GPD) – Na afloop van het tweede presidentsdebat staat Jennifer Psaki stralend in de tot ‘spin alley’ omgetoverde gymzaal, de ruimte waar Democraten en Republikeinen het optreden van ‘hun’ kandidaten duiden. De roodharige woordvoerder van Barack Obama weet het zeker: de president heeft Mitt Romney knock-out geslagen.
Zo’n eclatante overwinning als Psaki het voorspiegelt was het niet, maar Obama had dinsdag wel zijn bokshandschoenen meegenomen naar Hofstra University in Hempstead. Een soms agressieve Obama dwong de Republikeinse presidentskandidaat Romney in de verdediging. Zo revancheerde Obama zich voor zijn slechte optreden tijdens het eerste debat begin oktober.
Na het vorige debat in Denver steeg Romney’s ster gestaag in de peilingen. Om de opmars van zijn rivaal te stoppen moest Obama terugslaan. En soms leek het zelfs alsof de kemphanen hun microfoon zouden laten vallen om de verbale krachtmeting fysiek uit te vechten. Want in tegenstelling tot Obama twee weken geleden, hield Romney zich goed staande. Hij wist met name het debat over de economie naar zich toe te trekken door te benadrukken dat onder Obama de werkloosheid en de staatsschuld stegen.
Het debat op de universiteit die gesticht werd met de erfenis van rijke Friese emigranten had een andere opstelling dat het eerste debat. Tijdens deze ‘town hall’ mochten zwevende kiezers vragen stellen aan de kandidaten, die niet achter een lessenaar stonden, maar over het podium wandelden. Moderator Candy Crowley van nieuwszender CNN, de eerste vrouw die sinds 1992 een presidentsdebat leidde, ging vervolgens op die vragen door. Al tijdens het debat klaagden Republikeinen over partijdigheid: de vragen die Crowley uitkoos leken Obama niet slecht uit te komen.
Ook Romney had dat door. Hij onderbrak haar soms ruw, niet handig voor een presidentskandidaat die probeert de o zo belangrijke vrouwenstem binnen te halen. Na het vorige debat stapten veel vrouwen uit de middenklasse over naar het Romney-kamp. Maar nu probeerde Obama hen weer terugwinnen met opmerkingen over gelijke beloning voor mannen en vrouwen en beschikbaarheid van anticonceptie.
Romney probeerde terug te slaan. Het creëren van banen is voor vrouwen het belangrijkste verkiezingsthema. Maar met een ongelukkige opmerking over hoe hij als gouverneur van de Amerikaanse staat Massachusetts actief vrouwen wierf – hij had ‘multomappen vol vrouwen’ – sloeg hij de plank mis.
De president scoorde de meeste punten op buitenlands beleid. Zo wilde Romney Obama aanspreken op de aanslag in Libië, waarbij de Amerikaanse ambassadeur Chris Stevens het leven liet. Die aanslag noemde Obama volgens Romney pas na twee weken een terreurdaad. Obama maakte bezwaar, dat had hij direct na de aanval al gedaan, waarna debatleider Crowley ingreep: de president had gelijk. Romney werd zo publiekelijk in de hoek gezet, terwijl hij met zijn argument dat de regering twee weken lang met wisselende verklaringen over de aanslag kwam (gepland of een reactie op de Amerikaanse anti-islamfilm), wél gelijk had.
Het laatste presidentsdebat, aanstaande maandag in Florida, zal uitsluitend over buitenlands beleid gaan. Daarmee lijkt Romney al bij voorbaat in het nadeel.
ROMNEY OVERKLAST OBAMA EN KRIJGT TWEEDE KANS
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
DENVER (GPD) – Na ongeveer twintig minuten debatteren leunt de Amerikaanse president Barack Obama naar achteren, het rechterbeen licht gebogen, en glimlacht naar zijn opponent Mitt Romney. Zijn mond plooit in een lach, maar zijn ogen zeggen wat de tientallen miljoenen tv-kijkers ook al hebben gezien: Romney is beter, veel beter.
‘De overwinning is in zicht’, jubelde een campagnemail van de Republikeinse presidentskandidaat donderdag. Dat is wat voorbarig, maar zeker is dat Romney door zijn goede optreden – of misschien door het ronduit teleurstellende optreden van Obama – een tweede kans heeft gekregen om de race om het Witte Huis naar zijn hand te zetten.
Tijdens het eerste presidentsdebat, op de Universiteit van Denver in de Amerikaanse staat Colorado, leek het alsof de rollen waren omgedraaid. Obama, normaal een vlotte spreker, was aarzelend, hakkelde en gaf lange, wollige antwoorden waarbij hij zelf ook geen idee meer leek te hebben welk punt hij precies wilde maken. Romney daarentegen, die in zijn campagne nogal eens in verlegenheid werd gebracht door zijn onhandige uitspraken of zijn vaagheid, oogde ontspannen en zelfverzekerd, ging energiek in de aanval.
De president heeft vier jaar de tijd gehad om Amerika uit het economische dal te trekken en dat is hem niet gelukt, betoogde Romney. Soms keek hij bijna geamuseerd naar Obama, die op zijn beurt oogcontact meed. Voortdurend keek hij naar beneden, alsof hij op zijn lessenaar wanhopig zocht naar inspiratie. Obama zei meer tijd nodig te hebben voordat zijn plannen optimaal werken. Zo werd de president veroordeeld tot het defensief.
Dat was onverwacht, hoewel het campagneteam van Obama zijn best had gedaan om de verwachtingen te temperen. De president was de te kloppen man omdat de peilingen lieten zien dat Obama in cruciale staten uitliep. Voor Romney moest het debat een ‘game changer’ worden: zijn kans om vijf weken voor de verkiezingen terug te vechten.
Hoewel debatten historisch gezien weinig effect hebben op de peilingen, kan Romney de komende dagen een stijging verwachten. Bij het volgende debat, op 16 oktober, is Romney plots de te kloppen man.
Dit wil niet zeggen dat het een goed debat was. Integendeel. De gehoopte ‘zingers’, puntige opmerkingen waarmee de kandidaten kunnen scoren, bleven uit. Vragen stelden de kandidaten elkaar niet, zelfs niet nadat debatleider Jim Lehrer hen daar nadrukkelijk toe uitnodigde. In plaats daarvan doken de twee presidentskandidaten in de economie, de enorme staatsschuld en belastingen wat verzandde in een cijferbrij en ambtelijke discussies. Ook beschuldigden ze elkaar ervan elkaars beleid verkeerd voor te stellen. Daarmee deden Romney en Obama de doorsnee Amerikaan ook geen plezier; thuis voor de buis haakten zij waarschijnlijk af, in verwarring over wie ze nu moesten geloven. Feitencheckers zullen nog dagen nodig hebben om te bepalen wie er gelijk had.
Het debat toonde ook dat een zittende president in het nadeel is: het is veel makkelijker om, zoals Romney, staand beleid aan te vallen dan het te moeten verdedigen zoals Obama. Daar slaagde het staatshoofd niet goed in. Zelfs voor zijn paradepaardje Obamacare, de hervorming van de gezondheidszorg, sprong hij niet overtuigend in de bres. Een teken dat de president echt niet zijn beste dag had.
Romney had overduidelijk goed voorbereid plaatsgenomen achter het katheder. Sinds juni oefende hij daar al voor. Ook kan hij bogen op ruime en recente debatervaring: tijdens de voorverkiezingen voerde hij 23 debatten. Obama oefende de afgelopen drie dagen in Las Vegas. Verder moest hij de voorbereiding tussen de bedrijven door doen; het presidentschap slokt immers veel tijd op.
WIL ROMNEY NOG WEL WINNEN?
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Bijna de helft – 47 procent – van de Amerikanen afschrijven is niet verstandig als je president probeert te worden van 100 procent van de Amerikanen. Dat heeft de Republikeinse presidentskandidaat Mitt Romney de afgelopen dagen gemerkt.
Romney stelde al op 17 mei, tijdens een besloten avond waarbij hij geld ophaalde bij vermogenden in Boca Raton, Florida, dat 47 procent van de Amerikanen sowieso op Obama zou stemmen, ,,omdat ze afhankelijk zijn van de overheid, denken dat ze slachtoffer zijn, geloven dat de regering voor hen moet zorgen, ervan overtuigd zijn dat ze recht hebben op zorg, voedsel en onderdak. En dat de overheid ze dat moet geven. Deze mensen betalen geen inkomstenbelasting.” Ook zei de presidentskandidaat dat vrede in het Midden-Oosten onmogelijk is en dat een Palestijnse staat niet haalbaar is. Probeer na die uitspraken het vredesproces tussen Israël en de Palestijnen maar eens vlot te trekken.
Eén van die genodigden, die per couvert 50.000 dollar moesten neertellen, bleek geen aanhanger van Romney en filmde diens optreden met een mobiele telefoon. Direct begon hij met het lekken van fragmenten via internet. Maar het werd pas echt opgemerkt toen James Carter, toevalligerwijs de kleinzoon van de door de Republikeinse campagne verguisde oud-president Jimmy Carter, de nog altijd anonieme filmer in contact bracht met de linkse journalist David Corn van tijdschrift Mother Jones.
Amerikaanse media stortten zich op het beeldmateriaal en vulden er hun uitzendingen mee. De conservatieve commentator William Kristol, normaal gesproken in de hoek van Romney, schreef dat Romney met zijn opmerkingen een deel van zijn eigen electoraat – senioren die afhankelijk zijn van ziekenfonds Medicare – afschreef.
Maar erger nog: op internet werden de fragmenten 2,4 miljoen keer bekeken. Dat is ruim een miljoen keer vaker dan er naar het populairste campagnespotje van Romney op YouTube werd gekeken. Dat werd slechts 1,3 miljoen keer aangeklikt.
Obama, die dinsdagavond te gast was bij de Late Show van David Letterman, greep de video aan om te benadrukken dat een president zich moet inzetten voor het hele land, niet voor een gedeelte. ,,Toen ik won in 2008, wist ik dat 47 procent van de Amerikanen op John McCain had gestemd. Maar ik had hun stemmen, hun zorgen wel gehoord”, sprak Obama. ,,En ik ging hard werken om ook hun president te zijn.”
De campagne van de Republikeinse presidentskandidaat zit in zwaar weer; net nu de peilingen laten zien dat de conventiepiek voor president Barack Obama afneemt en dat de twee kandidaten weer nek-aan-nek liggen. De zorgvuldig geplande boodschap van Romney komt telkens niet voor het voetlicht omdat andere, ongeplande zaken de schijnwerper opeisen. Eerst leidde een merkwaardig optreden van acteur en regisseur Clint Eastwood bij de Republikeinse conventie de aandacht van Romney’s eigen speech af. Daarna was er een artikel in politieke krant Politico waarin anonieme Romney-medewerkers de vloer aanvegen met Romney’s campagnestrateeg. Vervolgens werd dinsdag bekend dat het campagneteam zich voor 11 miljoen dollar in de schulden heeft moeten steken.
Obama zal weten hoe Romney zich voelt. Op 6 april 2008 werd hij stiekem opgenomen toen hij onaardige dingen zei over conservatieven, onder andere dat ze zich vastklampen aan hun geloof en hun geweren. Hij had toen nog meer dan zes maanden om dat goed te maken. Romney heeft minder dan 50 dagen.
PRESIDENTSKANDIDATEN KIJKEN PLOTS NAAR HET BUITENLAND
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Als om 3 uur ’s nachts de telefoon rinkelt in het Witte Huis vanwege een noodsituatie in het buitenland, wie moet de hoorn dan opnemen? Het voorbeeld uit de campagnespot waarmee Hillary Clinton in 2008 wees op een gebrek aan buitenlandervaring bij haar toenmalige rivaal Barack Obama wordt nu gebruikt om diezelfde onervarenheid van Mitt Romney bloot te leggen.
De presidentscampagne in de VS draait ineens niet alleen om de economie, de economie en de economie. De gedode Amerikaanse diplomaten in Libië, rellen bij de Amerikaanse ambassade in Egypte en betogingen in Jemen – mogelijk veroorzaakt door een omstreden anti-islamfilm – hebben een einde gemaakt aan de navelstaarderij.
Plots is er het besef: de president is de opperbevelhebber en de leider van de ‘vrije wereld’. En de reactie van de Republikeinse presidentskandidaat Romney, de mogelijke nieuwe opperbevelhebber én nieuwe leider van de ‘vrije wereld’, wekte niet al te veel vertrouwen. In een haastige reactie waren er geen meelevende woorden aan het adres van de nabestaanden, geen oproep tot eenheid in de VS, maar gebruikte Romney het drama om politieke punten te scoren door Obama te bekritiseren voor de ‘schandelijke’ verontschuldigende reactie die de Amerikaanse ambassade in Egypte liet uitgaan. De ambassade is de regering, aldus Romney, en de president had de aanslag in niet mis te verstane woorden moeten veroordelen.
In Romney’s boek ‘No Apology’, een paar weken geleden uitgedeeld aan journalisten op de Republikeinse conventie, schreef hij het al: ‘Nog nooit eerder in de geschiedenis is er een president geweest die zo vaak aan buitenlands publiek zijn verontschuldigingen aanbood voor Amerikaanse misstappen.’ Romney zegt nooit excuses te zullen aanbieden ‘voor Amerikaanse normen en waarden in het buitenland’.
Onbedoeld geeft Obama Romney de ruimte om met een beschuldigende vinger naar hem te wijzen. Hoewel er weinig verschil zit in de buitenlandse plannen van Romney en het beleid van Obama, kreeg de president uitgerekend in Libië – hét succesverhaal van de Amerikaanse rol bij de Arabische lente – een tegenslag te verwerken. Terwijl het een voorbeeld had moeten zijn van zijn visie op buitenlands beleid: ‘leading from behind’, vanuit de achterhoede behoedzaam en doordacht leiding geven. Romney zal het, net als de niet bepaald warme relatie met Israël en de nucleaire dreiging van Iran, gebruiken als argumenten voor zijn betoog dat Obama’s beleid in het Midden-Oosten hopeloos heeft gefaald.
De president moet zorgen dat de huidige protesten niet uitlopen op de situatie waarmee zijn partijgenoot Jimmy Carter zich in 1979 geconfronteerd zag. Toen namen islamitische activisten de Amerikaanse ambassade in Teheran over. Een militaire missie om de gegijzelde Amerikanen te bevrijden, mislukte. Carters aanpak van die crisis kostte hem toen zijn herverkiezing.Maar voorlopig moet Romney zich vooral zorgen maken. Zijn kritiek op Obama viel niet in goede aarde vanwege de slechte timing en de felle toon. Dat ook Romney’s partijgenoten hem niet te hulp schoten, is een teken aan de wand. Commentatoren vroegen het zich al af: willen we dat hij het middernachtelijke telefoontje in het Witte Huis gaat opnemen? De vraag stellen is hem eigenlijk al beantwoorden.
KEUS IS HELDER: GEDULD OF NIEUWE ‘CHANGE’
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
CHARLOTTE (GPD) – Laat Barack Obama zijn karwei afmaken. Dat was de boodschap van de Democratische conventie. Vrij naar de CDA-campagne die Ruud Lubbers in 1986 aan de man bracht. De Democraten weten dat ze de begeestering over ‘hope’, ‘change’ en ‘yes we can!’ uit 2008 niet meer terugkrijgen. Obama bleek geen verlosser, maar gewoon een mens, die te maken kreeg met tegenstand in het congres en een gepolariseerd land. Dus gooien de Democraten het over een andere boeg: Heb geduld, de president is heus de beste keus voor het land, het duurt alleen wat langer.
Dat terwijl de Republikeinen vorige week op hun conventie betoogden dat de koers die Obama voorstaat slecht is voor het land, geen banen schept en de staatsschuld omhoog stuwt. Obama, zo betogen zij, heeft zijn kans gehad en verspeeld. Het is tijd voor verandering. Dat is de keus waarmee de Amerikaanse kiezer geconfronteerd wordt: een tweede kans voor Obama of een nieuwe ‘change’, dit keer met Mitt Romney in het Witte Huis.
De Democraten veegden de vloer aan met dat Republikeinse argument. ,,Nu zeggen ze: na vier jaar is onze troep nog niet opgeruimd, dus laat ons het maar weer overnemen”, sprak oud-president Bill Clinton. ,,Dat mogen we niet laten gebeuren.” Ook Obama vroeg om meer tijd: vier jaar bleek te kort om alle problemen op te lossen.
Nu middels de conventies de échte campagne is begonnen, volgt komende twee maanden het grote werk. Tot de verkiezingsdag op 6 november zullen Romney en Obama op talloze bijeenkomsten verschijnen in de staten waar zij in de peilingen nek-aan-nek gaan.
De aandacht zal zich vooral richten op de drie debatten in oktober omdat bijna het hele land dan meekijkt. Romney, bekend om zijn houterigheid en de onhandige uitspraken die hij soms doet, zal daar op moeten boksen tegen het spreektalent van Obama. Romney sloot zich deze week drie dagen op in Vermont om alvast een begin te maken met de voorbereiding.
Romney weet ook dat een groot deel van de kiezers gedesillusioneerd is over beloftes die Obama niet waar kon maken. Peilingen laten zien dat de meeste Amerikanen denken dat Romney de beste plannen heeft om de economie er weer bovenop te helpen, al werd er op de conventie minder over beleid gesproken dan bij de Democraten. De partij van Obama ontplooide een slimme strategie waarin ze ‘gewone’ Amerikanen over de gevolgen van het door hem ingezette beleid lieten praten én over wat er zou gebeuren als Romney dat terug zou draaien.
Amerikanen zullen zich immers voor een gang naar de stembus afvragen of ze beter af zijn dan vier jaar geleden. Het campagneteam van Obama ontweek die vraag maandag nog, om er dinsdag volmondig ‘ja’ op te antwoorden. Maar wat vindt het volk? Als het antwoord voor hen ‘nee’ is, wil dat niet direct zeggen dat ze op Romney zullen stemmen, maar wel dat ze mogelijk thuisblijven. Dat is voor de Democraten de grootste uitdaging, zorgen dat ontgoochelde kiezers dat niet doen.