(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Het waren maar 168 stappen van het appartement in de New Yorkse wijk Soho naar de halte van zijn schoolbus. Op 25 mei 1979 lieten zijn ouders de zesjarige Etan Patz voor het eerst alleen gaan. Hij verdween spoorloos en 33 jaar lang bleef de verdwijning een groot raadsel. Donderdag was er een doorbraak. De politie arresteerde een verdachte.
Etan Patz was het eerste Amerikaanse vermiste kind die op de zijkant van Amerikaanse melkpakken verscheen. Zijn vader, professioneel fotograaf, had de foto zelf gemaakt. Wekenlang staarde een jongetje met blond piekhaar en een verlegen glimlach ontbijtende Amerikanen aan, maar tips (Etan zou gezien zijn in alle wijken van Manhattan, Etan zou met een man in een taxi zijn gestapt, Etan zou ’s avonds nog een doosje spijkers hebben gekocht) liepen op niks uit.
Eind april was het gezicht van Patz plots weer te zien op voorpagina’s van kranten en in journaals, toen New Yorkse politie en de FBI gingen zoeken in een kelder dichtbij het appartement van de familie Patz in Soho. Destijds was de kelder een werkplaats, gebruikt door een klusjesman die destijds al werd verdacht, nu is het de kelder van een hippe kleidingwinkel. Vier dagen lang kamden ze de kelder met de nieuwste technieken uit, in de hoop het lichaam van Patz te vinden. Ze vonden niks.
En het lichaam zal hoogstwaarschijnlijk ook nooit worden gevonden, zei politiecommissaris Ray Kelly bij een persconferentie. Forensisch bewijs zal ook niet meer worden gevonden. Toch denkt de politie dat de dader nu vastzit: de zoektocht in de kelder leidde tot een tip waardoor de politie Pedro Hernandez in het vizier kreeg. De 51-jarige man heeft inmiddels bekend dat hij Patz gewurgd heeft, zijn lichaam in een tas heeft gestopt en bij het afval heeft gegooid.
Hernandez werkte bij het buurtwinkeltje waar Patz mogelijk een flesje frisdrank wilde kopen met de dollar die hij van zijn ouders had gekregen. Hernandez werd in 1979 niet door de politie ondervraagd.
Voor de ouders van Etan Patz, die nog altijd in hetzelfde appartement wonen, is het nieuws een grote schok. Jarenlang hield vader Stan psychiatrisch patiënt Jose Ramos met een voorkeur voor jonge blonde jongetjes verantwoordelijk voor de verdwijning van zijn zoon. Ieder jaar stuurde hij hem de foto die hij van Etan maakte. Op de achterkant schreef hij ‘wat heb je met mijn kleine jongen gedaan?’. Stan Patz spande een civiele rechtszaak tegen Ramos aan. In 2004 oordeelde de rechter dat Ramos verantwoordelijk is voor de dood van Etan. Nu zal een strafrechter zich opnieuw over de zaak buigen; een proces dat zonder bewijs lastig zal worden.
Ondanks dat hij meer dan dertig jaar geleden verdween, is Etan Patz het bekendste vermiste kind in New York en misschien wel in heel Amerika. De dag waarop Patz spoorloos verdween, 25 mei (gisteren), werd in 1983 door president Ronald Reagan uitgeroepen tot Nationale Vermiste Kinderendag.
Maandelijks archief: mei 2012
EIND STUDENTENPROTEST QUÉBEC NOG NIET IN ZICHT
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – De collegezalen zijn leeg, de straten van Montréal stromen vol. Een derde van de studenten in de Canadese provincie Québec staakt én demonstreert uit protest tegen de geplande verhoging van het collegegeld. Al 103 dagen. Een record.
Québec kent het laagste collegegeld in heel Canada. Nu wil de provincie het collegegeld in zeven jaar tijd met 83 procent verhogen. Voor het huidige collegejaar is dat 2890 Canadese dollar, 2233 euro. Over zeven jaar moet dat 4700 Canadese dollar, 3633 euro, zijn.
,,Dat klinkt nog laag”, erkent Lilian Radovac, docent aan McGill University in Montréal, de grootste stad in Québec. ,,Maar de studenten zijn bang dat Québec daarmee de deur open zet naar privatisering van het onderwijssysteem in de provincie en Amerikaanse toestanden: hoog collegegeld, nog hogere studentenschulden.”
In een poging de protesten te stoppen heeft Québec afgelopen vrijdag met de haastig ingevoerde wet 78 een noodverordening afgekondigd: samenscholen is zo goed als verboden en de routes voor demonstraties moeten acht uur van tevoren worden ingediend bij de autoriteiten. Dinsdag werden honderd studenten die het verbod schonden opgepakt, woensdag waren dat er 475.
Het schrikt de studenten niet af, zegt Ludvic Moquin-Beaudry. De filosofiestudent, tussen de protesten door bezig met zijn scriptie, heeft zich aangesloten bij CLASSE, de meest radicale studentenorganisatie. ,,Ondanks de arrestaties gingen gewoon 300.000 mensen de straat op om te demonstreren. Het is net als Hydra van Lerna uit de Griekse mythologie: je hakt één kop af en direct groeien er twee terug.”
Moquin-Beaudry is blij met de steun, niet alleen uit andere steden in Québec, maar ook uit Canadese steden als Toronto, Calgary en Vancouver, en zelfs uit het buitenland. In New York, Parijs en Lyon zijn al solidariteitsdemonstraties gehouden.
De regering van Québec, die de hakken in het zand heeft gezet door vorig jaar al te stellen dat de verhoging van het collegegeld ononderhandelbaar is, zit inmiddels met de handen in het haar. Vorige week stapte de onderwijsminister op omdat ze naar eigen zeggen geen oplossing meer zag. Binnenkort wordt nog een poging ondernomen om tot een compromis te komen.
Martine Desjardins, de voorzitter van studentenorganisatie FEUQ, bereidt zich momenteel voor op die nieuwe gesprekken. De resultaten van een eerdere poging, een marathonoverleg van 22 uur in hoofdstad Québec City waarin pauzes verboden waren, werden door de studentenorganisaties verworpen.
De situatie is nu anders, zegt Desjardins. ,,De regering was al impopulair en heeft niks te verliezen. Door het invoeren van wet 78, duidelijk bedoeld om ons de mond te snoeren, zijn veel mensen in Québec boos geworden. Ze zien het als een inperking van de democratie.” Hierdoor demonstreren inmiddels ook ouderen en gezinnen met kinderen. Dinsdag sloegen ze massaal op potten en pannen, zoals in Chili in de jaren zeventig als protest tegen de regering-Allende gebeurde en begin deze eeuw als protest tegen het bevriezen van banktegoeden in Argentinië, om hun solidariteit te laten horen.
MOEDIGE DRAAI IN CAMPAGNE: OBAMA ‘PERSOONLIJK’ VOOR HOMOHUWELIJK
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – President Barack Obama is na twee jaar twijfelen uit de kast: hij vindt dat homo’s en lesbiennes met elkaar moeten kunnen trouwen. Maar Amerikaanse homoparen hoeven zich vandaag niet naar het stadhuis te spoeden voor een boterbriefje. Obama’s uitspraak is weliswaar historisch, maar vooral symbolisch in campagnetijd.
Is dat moedig of is het dom? Eerder deze week spraken vicepresident Joe Biden en de minister van onderwijs zich al uit voor het homohuwelijk, een onderwerp dat de Amerikanen hopeloos verdeelt. Volgens peilingen vindt ongeveer de helft van de 314 miljoen Amerikanen dat homo’s moeten kunnen trouwen. De andere helft is (mordicus) tegen. Een dag nadat de staat North Carolina als dertigste staat stemde vóór een verbod op het homohuwelijk, nam de druk op Obama toe om kleur te bekennen. Obama laste in allerijl een interview in met de Amerikaanse tv-zender ABC om zijn mededeling te doen.
,,Ik heb geconcludeerd dat dit voor mij persoonlijk nu het moment is om te zeggen dat ik vind dat homoparen moeten kunnen trouwen”, zei Obama ietwat omfloerst. Links en progressief Amerika jubelt, maar hij geeft zijn Republikeinse uitdager Mitt Romney direct munitie: Obama draait, stelde de presidentskandidaat. Ik ben tenminste consequent tegen, was zijn boodschap. Bovendien: waarom snijdt Obama dit onderwerp aan terwijl tientallen miljoenen Amerikanen werkloos zijn en de economie maar niet echt aan wil trekken?
Obama vond al langer dat homoparen dezelfde rechten moeten hebben als hetero’s. Hij steunde geregistreerd partnerschap, maar over een echt huwelijk sprak hij zich niet uit. Zijn mening daarover was volgens de officiële lijn ‘aan het evolueren’.
De samenleving in de VS evolueerde de afgelopen tijd ook. Homoparen spelen hoofdrollen in populaire Amerikaanse tv-series, zonder dat dit voor ophef zorgt. Een grote meerderheid van de jongere generatie (70 procent) is vóór openstelling van het huwelijk voor paren van hetzelfde geslacht. De oudere generatie is weliswaar tegen, maar Obama werd in 2008 gekozen dankzij de jongere kiezers. Die kiezersgroep probeert Obama weer te mobiliseren.
Een grote groep lobbyt voor legalisering, waaronder veel Hollywoodsterren met diepe zakken die Obama ook financieel steunen. Een minstens zo grote groep vindt dat het huwelijk is bedoeld voor een man en een vrouw. Maar degenen die voor een verbod zijn – het liefst vastgelegd in de grondwet – zijn doorgaans conservatief en streng religieus. Zij zouden toch al niet op Obama stemmen. Een groep die Obama wél trouw steunt, de zwarte kiezers, heeft echter ook grote bezwaren tegen het homohuwelijk. Het is niet waarschijnlijk dat zij Obama nu de rug toekeren, vooral ook omdat Obama benadrukt dat het voor hem een persoonlijke keuze is. De president kondigde immers niet aan een wetsvoorstel in te dienen om het huwelijk open te stellen voor mensen van hetzelfde geslacht. Los van het feit dat deze wet nu nooit door het congres zou komen, zal Obama het (voorlopig) aan de staten zelf laten om over legalisatie te beslissen.
KADER:
Momenteel zijn homohuwelijken in zes van de vijftig staten plus het hoofdstedelijke district Washington DC legaal. Twee staten willen dat binnenkort legaliseren. Ook in twee indianenreservaten kunnen lesbiennes en homo’s trouwen. Dertig staten hebben het homohuwelijk verboden.
SCHIJNWERPER NU OP OBAMA
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Hij beëindigde de oorlog in Irak, redde de Amerikaanse auto-industrie en is verantwoordelijk voor de dood van Osama bin Laden. Zomaar wat verdiensten van president Barak Obama in zijn campagnespot ‘Forward’ (voorwaarts). Nu zegt hij ook de oorlog in Afghanistan te hebben afgesloten. Obama reisde er in het diepste geheim voor naar Afghanistan. Zijn speech was echter bedoeld voor Amerikaanse oren: de president staat al in de campagnestand.
Een klein jaar stond de schijnwerper op de Republikeinse kandidaten. Nu Mitt Romney de kandidaat wordt, trekt Obama de aandacht naar zichzelf toe. Met evenementen in Virginia en Ohio – niet toevallig ‘swing states’, vol zwevende kiezers – trapt Obama zijn campagne morgen (zaterdag) officieel af. Dit keer niet met de slogan ‘Change we can believe in’ (verandering waarin we kunnen geloven), maar met Forward. De boodschap: ik heb al veel bereikt, maar ben nog niet klaar. Amerika moet verder, voorwaarts, onder mijn leiding.
Officieus is de president al lang bezig met zijn herverkiezing. Hij hield al 130 bijeenkomsten waarbij aanhangers geld kunnen storten in zijn campagnekas. Obama lokt donateurs met de kans om acteur George Clooney te ontmoeten. Romney deed dat door een dinertje met zijn vrouw Ann te verloten. Het heeft gewerkt; de portemonnees zijn inmiddels gevuld. Obama haalde 196 miljoen dollar op, tegen 90 miljoen voor Romney.
Dat is een voordeel voor de president, maar er zijn ook nadelen. Het boek The Candidate van politicoloog Sam Popkin, dat vandaag (vrijdag) verschijnt, vergelijkt de zittende president met een slagschip: traag, maar hij maakt grote golven. De uitdager is een speedboot: snel, wendbaar, maar de golven zijn klein. ,,Romney kan alles zeggen, maar zijn uitspraken worden minder belangrijk geacht. Obama kan niet altijd openhartig zijn – hij heeft immers te maken met politieke gevoeligheden – maar wat hij zegt heeft meer gewicht.”
De campagne belooft venijnig te worden. Romney bewees zich al als de meester van negatieve campagnevoeren in zijn strijd tegen Rick Santorum en Newt Gingrich. Deze week kwam ook het eerste negatieve campagnespotje van Obama, waarin hij Romney bekritiseert vanwege zijn steun aan bedrijven die hun werkgelegenheid naar het buitenland verplaatsen. De uitsmijter: ,,Dat is te verwachten van een man die een Zwitserse bankrekening had.”
De ongeschreven regel is dat echtgenotes niet worden aangevallen. Ann Romney kreeg al eens kritiek van een Democratische adviseur die stelde dat ze nooit een dag had gewerkt. Nu is er ophef over een blouse die ze droeg. Het prijskaartje: 990 dollar. Michelle Obama kan daar over meepraten. In The Obama’s beschrijft Jodi Kantor de frustraties van Michelle, sowieso al geen fan van campagnevoeren: ze kreeg kritiek als ze er te goed uit zag en kritiek als ze er niet goed genoeg uitzag. Zij sloeg terug door betaalbare jurken van kledingketen J. Crew en budget-warenhuis Target te dragen.
INTRODANS BEREIKT MET NEW YORKS DEBUUT HET ‘ALLERHOOGSTE’
Introdans moest er veertig jaar op wachten, maar nu staat het Arnhemse dansgezelschap in het mekka van de Amerikaanse dans: Joyce Theater in New York. ,,Dit is het allerhoogste wat je kunt bereiken.”
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – ,,Heb je die lichamen gezien? Die spieren, die schouders”, zucht Patty Schlager uit New Jersey die duidelijk vooral is gecharmeerd van de mannelijke dansers. ,,Zouden ze hun borsthaar scheren?”, vraagt haar man John zich hardop af. ,,Ik heb geen haartje gezien.” De Schlagers hebben net in het beroemde Joyce Theater de voorstelling Hemels gezien – voor het Amerikaanse publiek omgedoopt tot Heavenly – een retrospectief in drie dansen.
The Joyce, zoals het onder dansliefhebbers bekend staat, is een intiem theater in de New Yorkse wijk Chelsea. Het publiek zit dicht op het podium, waardoor alle details goed te zien zijn, dus ook de schijnbaar uit marmer gehouwen lichamen van de dansers. Voor de dansers is dat prettig, zegt Jorge Pérez Martínez (31), omdat ze omgekeerd ook de reacties uit het publiek goed kunnen horen. ,,Dat is bemoedigend. In New York is de druk toch groter dan anders.” De dansers, een internationale groep, vinden het bijzonder om in New York op te treden. ,,Dat we in The Joyce staan, maakt het extra speciaal”, vindt Vérine Bouwman (24) uit Wijchen. Maar het maakt het ook extra spannend: ,,Het is een belangrijk danstheater. Je weet nooit wie er in het publiek zit.”
Op de premièreavond, dinsdag, waren veel kopstukken uit de New Yorkse danswereld vertegenwoordigd. Lawrence Rhodes, de directeur van de dansafdeling van de vermaarde The Juilliard School, bespeurde duidelijke Nederlandse invloeden in het eerste ballet Fünf Gedichte. ,,De bewegingen, de duo’s. Heel anders dan Amerikaanse dansen. Het doet me denken aan de choreografieën Jiří Kylián en Hans van Manen.”
Rhodes volgt Introdans, het dansgezelschap uit Arnhem dat dit jaar de 40ste verjaardag viert, al jaren. Het debuut in New York wilde hij niet missen. Hoewel het Introdans Ensemble voor de Jeugd in 2005 al in het New Victory Theater op Broadway stond, maakte het hoofdgezelschap de oversteek nog nooit. ,,Toen ik in 1997 voor het eerst in New York was – ik had een prijs gewonnen – ging al ik naar The Joyce om Introdans daar onder de aandacht te brengen”, zegt artistiek directeur Roel Voorintholt. ,,Toch duurde het nog 15 jaar voordat het zover was.”
Nu staat Introdans, ooit begonnen als klein dansgezelschap voor het oosten van Nederland, ook in New York in de belangstelling. Optreden in die stad is ook voor een trotse oprichter en algemeen directeur Ton Wiggers de kroon op zijn werk. ,,Dit is toch wel het allerhoogste wat je kunt bereiken.”
Dankzij een ijverige PR-agent die de in 2011 verschenen documentaire Eindelijk Erkenning op het bureau van de juiste verslaggever wist te krijgen, wijdde de New York Times een groot verhaal aan het gezelschap. ‘De lange weg naar The Joyce’, kopte de krant op dinsdag, alsof Introdans na 40 jaar eindelijk is gearriveerd op de plek waar ze hoort. In de krant van donderdag volgde een lovende recensie van de première, waarin vooral complimenten werden uitgedeeld aan de dansers. Wiggers hoopt dat de verhalen de kaartverkoop aanwakkert. ,,We staan hier op huurbasis, dus het is wel belangrijk dat er veel publiek komt.”
De première was niet uitverkocht, maar de zaal was wel goed gevuld. Belangrijker, het extraverte Amerikaanse publiek liet de waardering voor de dansen – de tweede dans Paradise? leek het meest in de smaak te vallen – duidelijk merken. Er werd niet alleen geapplaudisseerd, maar ook gejoeld en ‘bravo!’ geroepen.
De dansers zijn er blij om. De repetitie voor de première ging slecht, verliep rommelig en de vloer bleek ook nog eens gladder dan normaal. Rashaen Arts (22), die de tweede dans moest afsluiten met een bijzondere tapdans, werd daar nog nerveuzer door. ,,Als je dan hoort dat het publiek goed reageert, dan ben je opgelucht. Gelukkig bleek het gezegde dit keer te kloppen: een slechte generale belooft een goede première.”
De New York Times noemde hem ‘elegant’ en ook bij Patty Schlager kan Arts geen kwaad doen. ,,Ik kon mijn ogen niet van hem afhouden”, zwijmelt de vijftiger na afloop. Zij en haar echtgenoot zijn dansliefhebbers, maar kenden het gezelschap vooraf niet. Het paar was onder de indruk van de afsluitende dans: Messiah. ,,Ik ben een grote fan van Händels muziek, maar ik heb nog nooit een ballet op de muziek van Messiah gezien. Indrukwekkend.”
Patty roemt de afwisseling in de voorstelling, iets wat vanaf het begin het beleid van Introdans is geweest; eerst van Wiggers, later overgenomen door zijn opvolger Voorintholt. ,,In deze voorstelling zit van alles wat: acrobatiek, moderne dans en klassiek ballet”, zegt ze. ,,Ik denk dat het New Yorkse publiek dat zeer waardeert.”
NEDERLANDSE CULTUUR IN EEN AMERIKAANSE STAALSTAD
Voormalige staalstad Pittsburgh, waar het ooit ’s middags al aardedonker was door de rook en roet van de staalfabrieken, is momenteel oranje. Al weken is de stad vanwege het festival Distinctively Dutch in Nederlandse cultuur gedoopt.
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
PITTSBURGH (GPD) – Als makke lammeren stellen mensen zich in een nette rij op voor de deur van galerie SPACE in de Amerikaanse stad Pittsburgh. Voordat ze naar binnen kunnen, moeten ze door een beveiligingspoortje. De ‘metaaldetector’ vergelijkt de gezichten van iedereen die er doorheen stapt met de foto’s van 350 beroemdheden. ,,I love it”, gilt een meisje dat een witte strook tule als rok draagt verrukt als ze ziet dat haar gezicht op de androgyne zanger Boy George lijkt.
Het is niet echt, maar kunst. Nederlandse kunst om precies te zijn, van Marnix de Nijs. En het publiek in Pittsburgh reageert precies zoals hij dat wil. ,,Ik wil mensen bewust maken van de invloed van technologie in het dagelijks leven. Zonder erbij na te denken gaan ze door de beveiligingspoortjes op vliegvelden. En hier doen ze precies hetzelfde. Ze weten niet wat hen te wachten staat, maar toch lopen ze erdoorheen.”
Pittsburgh, in de Amerikaanse staat Pennsylvania, is in de 19de eeuw groot geworden dankzij de staalindustrie. De roet die de fabrieksschoorstenen uitstootte, zorgde ervoor dat het overdag soms aardedonker was. Nu zijn de staalfabrieken dicht en heeft de geboortestad van popart-kunstenaar Andy Warhol zich opnieuw uitgevonden als cultuurmetropool. Tot eind mei hangt er een oranje gloed over de stad. Figuurlijk, want de stad staat sinds februari in het teken van het culturele festival Distinctively Dutch (‘Onderscheidend Nederlands’): toneel, beeldende kunst, film, muziek, dans, literatuur en architectuur.
Alles is tot eind mei Nederlands. En dus voert de Gallery Crawl, een kroegentocht langs tientallen musea en galeries in de stad, deze vrijdagavond langs veel Nederlandse kunst.
Curator Murray Horne haalde vooral veel Nederlandse ‘nieuwe mediakunst’ naar Pittsburgh. ,,Daar blinken jullie in uit. Die installaties spreken jongeren tussen de 18 en 30 aan en die proberen wij vooral naar onze galeries te trekken.” Dat dit lukt, bewijst de Wood Street Gallery. Daar kijkt een groepje jongeren naar de videokunst van Guido van der Werve waarin de kunstenaar voor een gigantische ijsbreker uitloopt. In de tien minuten durende film ‘nummer acht’ houdt hij continu hetzelfde tempo aan, waardoor het schip hem nooit inhaalt en hij niet in het dikke ijs verdwijnt. ,,Maar toch willen ze weten hoe het afloopt”, lacht Horne. ,,Nieuwe mediakunst betrekt het publiek echt bij de werken.”
Zoals de interactieve installatie ‘Horizon’ van Geert Mul in een galerie een paar honderd meter verderop, die net als De Nijs afgestudeerde aan de Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem. Hij maakte een database van 380 landschapsschilderijen en -tekeningen met een duidelijke horizon uit museum Booijmans van Beuningen, projecteert die op een groot scherm en laat de beelden met een speciaal softwareprogramma in elkaar overlopen door de bewegingen van het langslopende publiek. ,,Eigenlijk werkt dat het best als het rustig is, maar nu is het zo druk dat de werken constant overlopen”, lacht hij. Volgens Mul zijn Nederlandse kunstenaars vooral goed in deze vorm van kunst omdat er financiële middelen beschikbaar waren. Met de bezuinigingen wordt dat in de toekomst lastiger, vermoedt hij. ,,Ik voel me wel gepakt. Deze sector heeft het al moeilijk genoeg.”
Het evenement wordt georganiseerd door Pittsburgh Cultural Trust, dat een verloederd deel van de binnenstad dat tot eind jaren tachtig de rosse buurt van de stad was met veel succes transformeerde tot het Culturele District. De stichting organiseerde al eerder thema-festivals met het Australia Festival in 2007 en het Quebec Festival in 2004. Dit jaar werd gekozen voor een Nederlands festival, medegefinancierd door de Nederlandse overheid. ,,We zien veel overeenkomsten tussen Pittsburgh en Nederland en dan vooral Amsterdam”, zegt Veronica Corpuz van de stichting. Zo heeft Pittsburgh ook veel water (de rivieren Allegheny, Monongahela en Ohio komen er samen) en veel bruggen (446, alleen Venetië heeft er meer) die de verschillende stadsdelen met elkaar verbinden.
Voor jonge Nederlandse kunstenaars is het heel wat om hun werk ineens in een Amerikaanse galerie terug te zien. Fotograaf Rachel Nieborg exposeert haar foto’s, actiestillevens waarmee ze een draai geeft aan schilderijen van oude meesters, voor het eerst buiten Nederland. ,,Spannend hoor. Maar heel leuk.” Ze hoop dat de expositie leidt tot nieuwe kansen in de VS. Over belangstelling heeft ze in Penn Gallery, waar de foto’s van Nieborg en ontwerper Inge Mulder van de rood geverfde muren spatten, niet te klagen. Het is er net als in de rest van de binnenstad gezellig druk.
Het sluitstuk van de galerietocht moet dan nog komen: de wereldpremière van The News, het nieuwe werk van JacobTV, de artiestennaam van Jacob ter Veldhuis. De ‘reality opera’ van Ter Veldhuis combineert beelden, muziek en zang op een indrukwekkende manier in een negentig minuten durend audiovisueel spektakel waarin de actualiteit voorbij trekt. Occupy Wall Street, Sarah Palin, de Arabische lente, de paus, Lady Gaga, president Obama en de aardbeving in Japan komen langs.
Maar ook in The News zit een stukje Nederland: het publiek in het Byham Theater in Pittsburgh ziet ineens koningin Beatrix op een groot scherm langskomen in haar gouden koets. Met een lijzige, vertraagde stem leest zij een deel van de Troonrede voor. ,,Ik wil de pracht en praal van de monarchie laten zien, dat is toch een verdwijnende wereld. En ze heeft een beeldschone stem”, verklaart Ter Veldhuis zijn keuze. Daarna gaat de montage verder met een geagiteerde Amerikaanse tv-dominee. Het publiek lacht en klapt. Maar als een sluipschutter vertelt hoe hij in Irak een ‘verdachte’ vrouw doodschoot die alleen een witte zakboek uit haar gewaden wilde trekken, blijven de Amerikanen doodstil. Begrijpelijk, zegt Ter Veldhuis na afloop. ,,Het is natuurlijk ook hartverscheurend. Ik wilde er de waanzin van oorlog mee laten zien.”
Zijn team is Nederlands, op het muziekensemble na. Dat komt uit Chicago en heeft het stuk in een week ingestudeerd. Ter Veldhuis is zelf twee tot drie jaar met de productie bezig geweest. Later dit jaar moet The News, dat telkens wordt aangepast aan de actualiteit, in Europa te zien zijn. Het is nog niet bekend of de show ook naar Nederland komt. Josefien Stoppelenburg, één van de twee zangeressen, neemt tijdens de show de klassieke partijen voor haar rekening. ,,Jacob heeft het op mijn stem geschreven”, zegt ze voordat ze voor de lokale media op de foto gaat met de cast. Stoppelenberg: ,,Het stuk heeft zoveel lagen, er komt zoveel bij kijken en alles moet kloppen. Dat zo’n unieke voorstelling dan op een Nederlands festival in Pittsburgh in première gaat, maakt het helemaal bijzonder.”
BESCHADIGDE ROMNEY HEEFT NOG ALLE KANS
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Nu alle concurrentie weg is, likt de Republikeinse presidentskandidaat Mitt Romney zijn wonden. De voorverkiezingen duurden lang en waren hard, dat wil niet zeggen dat de beschadigde Romney in november kansloos is tegen president Barack Obama. Integendeel.
Romney is niet de eerste kandidaat die gekreukeld uit de primaries komt, zegt politicoloog Sam Popkin, verbonden aan de Universiteit van Californië in San Diego. Popkin: ,,Bill Clinton was in 1992 ook impopulair. Hij werd gezien als een rijke, luie, dienstplicht ontduikende rokkenjager.” Democraten zagen bij de voorverkiezingen in Californië zelfs liever George Bush senior of Ross Perot dan Clinton, zo bleek uit kiezersonderzoek. Maar de Democraten wisten dat om te buigen tot iemand die zich op had gewerkt, die bij zijn opa woonde, die afhankelijk was van een studiebeurs. ,,Zo zagen de kiezers hem ineens in een ander licht.” Maar bij Clinton ging het om de persoonlijkheid, bij Romney gaat het om het beleid. ,,Dat is een heel ander verhaal.”
Romneys conservatieve concurrenten hebben Romney immers naar rechts getrokken, waar hij als gematigde Republikein eigenlijk niet thuis hoort. Ook hebben ze hem gedwongen afstand te nemen van zijn eigen beleid: het zorgstelsel in Massachusetts dat Obama als de blauwdruk gebruikte voor zijn hervorming van de gezondheidszorg. Popkin: ,,Romney schreef ooit dat zijn plan de perfecte oplossing voor de VS zou zijn. Maar nu roept hij dat het teruggedraaid moet worden.”
Dat Romneys eigen campagneadviseur zich in maart liet ontvallen dat de campagne tot dan toe kon worden ‘gereset’, zoals een Etch-A-Sketch, een Amerikaans tekenspeeltje voor kinderen: even schudden en de tekening op het scherm is weg. Maar zo makkelijk gaat dat niet, waarschuwt Popkin. ,,Je kunt het beeld veranderen door informatie toe te voegen, maar eenmaal gemaakte uitspraken zijn niet uit te wissen.”
Nu Newt Gingrich ook de stekker uit zijn campagne trekt, voert alleen Ron Paul met zijn jonge en loyale aanhang campagne, vooral om binnen de partij een vinger in de pap te krijgen. Romney kan zich volledig richten op Obama.
Terwijl Obama volgens Republikeins strateeg Ron Bonjean nog zoekt naar een juiste strategie, positioneert Romney zich al meer richting het midden, om daarmee ook de gematigde Republikein en de zo belangrijke onafhankelijke kiezer aan te spreken. De harde campagnestrijd heeft van Romney juist een betere kandidaat gemaakt, stelt hij, zoals Barack Obama in 2008 ook sterker uit het gevecht met concurrent Hillary Clinton kwam. ,,Alleen de discussie over sociaal-conservatieve onderwerpen als anticonceptie en abortus tussen Rick Santorum en Romney heeft de partij geen goed gedaan”, zegt Bonjean, ooit woordvoerder van Republikeinse topstukken in het congres. ,,Het gaat om banen, banen, banen.”
Als Romney zorgt dat de economie het enige campagnethema wordt, heeft hij de meeste kans om op 6 november te winnen. Popkin: ,,Dan kan hij Obama wegzetten als de man die praat over werkgelegenheid, maar dat hij degene is die dankzij zijn achtergrond als zakenman echt banen gaat creëren.”
ROLLING ORANGE WIL NEW YORK MET NEDERLANDSE FIETSEN HEROVEREN
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
BROOKLYN (GPD) – Recent rinkelde de telefoon bij Rolling Orange Bikes in Brooklyn. Een klant die net een fiets had gekocht vroeg zich af wat nou de bedoeling was van dat sleuteltje. Kon hij de fiets daarmee starten? Bij zulke vragen ligt mede-eigenaar Marc van der Aart dubbel van het lachen. ,,New Yorkers moeten nog veel leren over fietsen.”
Voor de Nederlandse fietsenwinkel in Cobble Hill – een gegoede wijk vol tweeverdieners en jonge gezinnen – in Brooklyn staat een rij vrolijk gekleurde fietsen: degelijke fietsen, kinderfietsen, bakfietsen en tandems. Op de gevel prijkt het oranje logo: de contouren van een sinaasappel. Binnen staat een schaal met mandarijntjes. Van der Aart: ,,We proberen na 400 jaar New York met de Nederlandse fiets te heroveren.”
De winkel verkoopt fietsen van Nederlandse merken als Gazelle en Batavus, hippe exemplaren van de Fietsfabriek en designfietsen van VanMoof. Rolling Orange geniet al naamsbekendheid, bleek afgelopen weekend op de New Amsterdam Bike Show in de wijk Soho waar een kleine selectie van de collectie te zien was. Komend weekend volgt een volgende New Yorkse fietsenbeurs. In 2012 hopen ze het doel van 500 verkochte fietsen te halen.
Een bescheiden doel, want goedkoop zijn ze niet. Vanwege de importkosten is de goedkoopste fiets ongeveer 1000 dollar. ,,New Yorkers zijn bereid te betalen voor kwaliteit. Bovendien zijn de benzineprijzen ook hier hoog en is duurzaamheid de trend. Wat is nou duurzamer dan een Hollandse fiets die dertig jaar meegaat?”
Brendan Coburn is inmiddels al bijna een vaste klant. Hij haalde zijn Onderwater kindertandem (2700 dollar) een dag eerder op. Het is de tweede fiets die de veertiger bij Rolling Orange koopt. Coburn gebruikt de log uitziende fiets om zijn zoon John van negen naar school te brengen. De andere ouders kijken niet raar op, vertelt hij. ,,Ik ben één van de drie vaders die hun kind met zo’n Nederlandse tandem naar school brengt.”
Geboren Brabander Ad Hereijgers begon Rolling Orange in 2010. Als planoloog, die meewerkte aan de ontwikkeling van de Lower East Side in Manhattan, kende hij de stad goed en wist hij dat New York met fietsstroken en openbare fietsenstallingen steeds fietsvriendelijker werd. Van der Aart heeft zijn softwarebedrijf net afgestoten en zocht een nieuwe uitdaging. Hij hoorde van de Nederlandse fietsenwinkel in New York en benaderde Hereijgers. ,,We bleken in dezelfde straat in Haarlem te wonen, dus het was voorbestemd”, lacht Van der Aart, die pas naar New York is verhuisd.
Hij heeft grootse plannen: de zaak uitbreiden met fietsenverhuur, waar veel vraag naar is, en een aantal hotels uitrusten met een fietsenstalling en fietsen die verhuurd kunnen worden aan hun gasten. De fietsen kunnen gepersonaliseerd worden met het logo van het hotel. Het eerste wapenfeit van Van der Aart is net gelanceerd: een App waarmee klanten fietsroutes in New York kunnen zien.
Ook zonder die routes fietsten sommige New Yorkers altijd al. Het zijn de waaghalzen, die tussen de gele taxi’s levensgevaarlijke capriolen uithalen, de maaltijdbezorgers of de sportievelingen. Allemaal op een racefietsje met dunne banden. ,,Compleet ongeschikt voor in de stad”, zegt Van der Aart. ,,Hier zien New Yorkers dat fietsen er ook anders uit kunnen zien.” De klanten reageren enthousiast. ,,Ze hebben de Gazelles tijdens een bezoek aan Amsterdam gezien en roepen dan direct ‘die wil ik’!”
Maar er is nog wel een cultuuromslag nodig. Voor mensen in New York is het niet vanzelfsprekend om de fiets te pakken, laat staan om er ook nog eens, met kinderzitjes, je kind op te vervoeren. ,,Dat lijkt de meeste Amerikanen levensgevaarlijk.” En wat als het koud wordt, of regent? ,,Dan laten New Yorkers de fiets staan”, zegt Van der Aart.
Coburn laat zich door een spatje regen niet afschrikken. ,,Ik pak altijd de fiets, weer of geen weer.”