(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Barrett DiPaolo loopt behoedzaam de trap richting de kelder van zijn appartementencomplex in Lower Manhattan af, de lichtbundel van de zaklamp wijst hem de weg. Maar na een paar treden moet hij het opgeven. Het water komt hem tegemoet.
DiPaolo woont in evacuatiezone A en had eigenlijk niet mogen blijven. Maar hij bleef toch. Vanuit zijn raam op de tiende verdieping zag hij hoe het water langzaam de straten in New York overnam. ,,Het waren ineens snel stromende beekjes.” Hij spoedde zich direct naar de kelder, die als opslagruimte geldt voor de bewoners van 26 Beaver Street. ,,Er was niks meer aan te redden, het ging zo snel.”
De zuidpunt van Manhattan, waar Nederlanders in de zeventiende eeuw Nieuw Amsterdam stichtten, is hard getroffen door superstorm Sandy. Het water dat de straten in de nacht van maandag op dinsdag in rivieren veranderde, is dinsdag weg. Maar tunnels voor metro’s en auto’s zijn nog altijd ondergelopen. In een ondergrondse parkeergarage dobberen auto’s in een bad van water, benzine en olie. De indringende geur van olie is overal, meegenomen door het water uit oliegestookte boilers in kelders zoals die van DiPaolo. Op wegen en stoepen ligt een glibberige laag in regenboogkleuren.
Het laagstgelegen deel van de stad is nagenoeg verlaten. Voor ingangen van kantorencomplexen liggen meters zandzakken opgestapeld. Vanuit hoogwerkers worden gevelde bomen gekapt. Monteurs van elektriciteitsbedrijf ConEd werken aan het herstel van de stroomvoorziening. Politieagenten houden nieuwsgierigen weg van volgelopen tunnels.
Niet iedereen heeft pech. Mark O’Reilly is de manager van een gebouw pal naast Battery Park. Gestoken in een gele regenjas van stevig rubber pakt hij zijn bestelde noodgenerator ongebruikt weer in. ,,Wij hebben geluk: samen met twee andere gebouwen zitten we net op een ander deel van het stroomnet en hebben we nog altijd elektriciteit.”
Op het hoogtepunt van de stormvloed stond er een meter water in de lobby van het verlaten pand, alle bewoners moesten verplicht evacueren. O’Reilly was de hele nacht met acht van zijn personeelsleden in touw om het water weg te pompen. ,,Bang ben ik vannacht niet geweest, ik had het te druk om daar over na te denken.”
In een appartement aan Maiden Street stond Kabita Dasgupta wel doodsangsten uit. ,,Ik kwam zondagavond terug van een zakenreis naar Zwitserland en hoorde thuis pas over Sandy. Toen was er al geen tijd meer om me voor te bereiden.” Dus wachtte ze af, zonder eten, zonder stroom en zonder water. ,,Het is ook stom van me: bij Irene (de orkaan die in augustus 2011 over de stad raasde, hk) had ik alles in huis. Toen gebeurde er niks. Ik dacht dat het nu ook wel los zou lopen. Maar toen zag ik al het water, en werd ik vreselijk bang.”
Dasgupta heeft net een kamer geboekt in het Marriott Hotel, in een deel van de stad dat wél elektriciteit en stromend water heeft. Wanhopig probeert ze een taxi te krijgen, maar die zijn dun gezaaid. ,,Metro’s en bussen rijden voorlopig nog niet.” Ze klemt haar tas vastberaden onder haar arm: dan gaat ze maar lopen.
KADER:
President Barack Obama heeft dinsdag een noodverordening getekend waarmee hij de staten New York en New Jersey tot rampgebied benoemt. Het is een formaliteit, maar een belangrijke formaliteit: door de ondertekening hoeft het staatsbestuur niet alleen op te draaien voor de kosten die zij tijdens en vooruitlopend op orkaan Sandy hebben gemaakt, maar kan ook federaal geld gebruikt worden bij de opruim- en opbouwwerkzaamheden. Het geld gaat niet alleen naar lokale overheidsinstanties, er kan ook een beroep op worden gedaan door burgers of kleine zelfstandigen. Zij kunnen bijvoorbeeld een tegemoetkoming aanvragen voor tijdelijke woonruimte of voor reparaties aan hun woning of bedrijf.