Terwijl tientallen Amerikaanse vlaggetjes voor een dollar van eigenaar wisselden, legde president Obama een rood-wit-blauwe krans bij Ground Zero en sprak met ‘helden’ van de brandweer. Die voerden actie, want twintig New Yorkse brandweerkazernes worden met sluiting bedreigd. ,,Wie gaat al die mensen bij een volgende aanslag redden?”
(Van onze correspondent Hanneke Keultjes)
NEW YORK (GPD) – Ruben Correa was altijd haantje de voorste. Maar op 11 september 2001 ging hij voor het laatst als eerste een brandend gebouw in; een toren van het World Trade Center. Correa (44) was de enige brandweerman die niet meer terugkeerde naar brandweerkazerne Engine Company 74, aan de New Yorkse Upper West Side.
Bij de aanslagen vonden 343 brandweermannen van de New York Fire Department (FDNY) de dood. Zij en hun collega’s die de terreurdaad overleefden, werden als helden geëerd. Een deel van West 83rd Street werd omgedoopt tot ‘Firefighter Ruben Correa Street’. Maar de heldenverering is van korte duur: burgemeester Michael Bloomberg maakt vandaag, een dag nadat president Barack Obama op Ground Zero de heroïsche brandweermannen van ‘9/11’ eerde, zijn nieuwe begroting bekend, waarin hij flink moet bezuinigen. Twintig brandweerkazernes moeten volgens de uitgelekte plannen dicht. Misschien ook wel Engine 74.
Achter de vuurrode deuren van de kazerne is een monument voor de oud-marinier opgericht met een kaars, een foto, een in steen gehouwen tekst (‘je was weg voordat we afscheid konden nemen’) en altijd verse bloemen. Er gaat geen dag voorbij of de brandweermannen van Engine 74 denken aan Ruben, zegt hoofdbrandmeester Brendan Deehan. ,,We hebben allemaal last van ‘survivor guilt’; waarom is hij wel dood en wij niet? Maar het leven gaat door.”
Deehan deelde gisteren folders uit rond het New Yorkse stadhuis en bij brandweerkazerne 10 tegenover Ground Zero, die op 11 september zes brandmannen verloor. Sluiting van kazernes is van de gekke, vindt hij. ,,Wat als er weer een ramp gebeurt en veel brandweermannen zijn wegbezuinigd? Wie gaat al die mensen dan redden?”
Al Hagan, voorzitter van de vakbond voor brandweerofficieren, heeft die boodschap gisteren aan president Obama overgebracht. Als één van de eerste brandweermannen die op 11 september ter plaatse was, mocht hij de president op Ground Zero bijstaan tijdens de kranslegging. ,,Ik heb hem niet in verlegenheid gebracht door op deze dag actie te voeren, maar hem wel op de hoogte gebracht van de bezuinigingsplannen en gevraagd of hij een goed woordje voor ons wil doen bij de burgemeester.”
Hoewel veel brandweermannen niet begrijpen waarom Obama een krans legt bij Ground Zero – probeert hij over de ruggen van de slachtoffers een politiek punt te scoren? – en sommigen het zelfs compleet onnodig vinden, vindt gepensioneerd brandweercommandant Jim Riches het een eer dat hij er op Ground Zero bij mocht zijn. ,,De president verdient zijn ‘atta boy’-moment. Wat hij heeft gedaan is geweldig en dat heb ik hem ook gezegd: hartstikke bedankt.”
Riches was er ook, op die septemberdag. Zijn longen zijn ‘stuk’ door de stofwolken die na de aanslagen op de plek des onheils bleven hangen. Maar dat valt in het niet bij het verdriet dat hij voelde toen hij het lichaam van zijn zoon, ook brandweerman, na een half jaar zoeken uit de puinhopen droeg. Jimmy zou op 12 september 2001 dertig zijn geworden. ,,Hij zal nooit meer aan de eettafel zitten, ook niet nu Bin Laden dood is. Maar ik had maandag wel het gevoel alsof er na bijna tien jaar een enorme last van mijn schouders viel.”
De drie zoons van Riches die ‘9/11’ wel overleefden, werken nog altijd als brandweerman in Brooklyn. Hij is bezorgd over hun toekomst, ook al benadrukte Obama gisteren de brandweermannen altijd te steunen. ,,Bloomberg moet de geplande bezuiniging echt terugdraaien. Het is pure zelfmoord om op de FDNY te bezuinigen.”